JAKARTA - Wilde tijgers en olifanten in Sumatra doodden de afgelopen twee maanden dertien mensen, veelal illegale houtkappers.
afbeelding vergroten Een Sumatraanse tijger die al drie mensen zou hebben gedood, is gevangen om te worden overgebracht naar een dierentuin.
Het lijkt een bloedige wraakactie. Maar uiteindelijk zijn de dieren de grote verliezers.
„In Sumatra kunnen de tijgers, olifanten, orang-oetangs en neushoorns bijna geen kant meer uit,’’ constateert Desma Murni van het Wereld Natuur Fonds in IndonesiĆ«. ,,Het bos wordt voor hun poten weggekapt en opgesplitst. Terwijl die dieren juist een groot leefgebied nodig hebben om te overleven: om te eten, te paren en om zich voor stropers te kunnen verbergen.’’
In twintig jaar tijd verloor het ooit zo groene eiland niet alleen de helft van zijn bosoppervlakte, maar ook meer dan de helft van de populatie olifanten, orang-oetangs en van de bedreigde Sumatraanse tijgers.
De grote dieren zijn zonder bescherming van de ondoordringbare regenwouden en veenbossen een makkelijke prooi voor stropers en boeren. Hun huid, slagtanden en beenderen zijn erg in trek bij de Chinese medicijnmakers in de regio. En baby orang-oetangs leveren goed geld op bij de verkoop als ‘huisdier’.
Boeren en plantagehouders helpen de stropers een handje met het strooien van vergif en het zetten van vallen. Zij zijn doodsbang voor de wilde olifanten die hun velden plattrappen. En voor de tijgers, want die smikkelen hun koeien en geiten op.
Omgekeerd voelen de dieren zich ook bedreigd. Terecht, vindt Desma. Met zo’n immense ontbossing is het niet vreemd dat de opgejaagde dieren mensen in hun leefomgeving aanvallen en hun oogst opeten. ,,De dieren valt niets te verwijten,’’ stelt de Indonesische minister Kaban van Bosbouw. ,,Het is immers hun leefomgeving die wordt bedreigd.’’
Intussen sneuvelt elke minuut een stuk bos ter grootte van een paar voetbalvelden. Per jaar verdwijnt ruim een miljoen hectare regenwoud. De legaal en illegaal gekapte bosreuzen voeden de papier- en meubelindustrie tot in Europa en Amerika. Ter plekke verrijzen plantages voor hout, oliepalm, koffie en rubber, wegen en fabrieken. De 235 miljoen Indonesiƫrs claimen steeds meer ruimte.
De bedreigde dieren in Sumatra zijn de grootste slachtoffers van de ontbossing, benadrukt Desma. Maar ook elders verliezen de dieren rap terrein. De zestig overgebleven Javaanse neushoorns hebben nauwelijks genoeg leefgebied om zich te kunnen voortplanten en op Sumatra leven er nog maar driehonderd. In Kalimantan sneuvelen jaarlijks drieduizend orang-oetangs door oprukkende oliepalmplantages en door bosbranden. In Ceram (Molukken) dreigt de oranje gekuifde kaketoe te verdwijnen; de paradijsvogel in Papoea wacht eenzelfde lot.
Om deze diersoorten gaat het:
Sumatraanse OlifantSumatraanse TijgerSumatraanse NeushoornOrang-OetangKaketoeParadijsvogel
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
2 opmerkingen:
wat ik zocht, bedankt
heb er geen woorden voor
Een reactie posten